Het is een uitdaging voor ziende mensen om de ervaringen van blinden of slechtzienden volledig te begrijpen. Hoewel nieuwsgierigheid natuurlijk is en het belangrijk is om meer over hun handicap te weten te komen, kunnen sommige opmerkingen onbedoeld kwetsend of respectloos zijn. Hier zijn negen dingen die u niet tegen een blinde of slechtziende persoon moet zeggen. Benader altijd met respect en gevoeligheid.
1. "Is er een geneesmiddel?"
Hoewel het vaak goed bedoeld is, kan het vragen naar een geneesmiddel ongevoelig zijn. Veel blinde of slechtziende mensen hebben zich aangepast aan hun toestand en leiden een bevredigend leven zonder genezing te zoeken. Sommigen zijn hun hele leven blind geweest en beschouwen hun toestand niet als iets dat moet worden opgelost. Het voortdurend focussen op genezing kan hun proces van acceptatie en aanpassing belemmeren. Het is van cruciaal belang om hun geleefde ervaring te respecteren en hun toestand niet te beschouwen als iets inherent negatiefs dat moet worden verholpen.
2. "Ik heb zoveel medelijden met je"
Medelijden is vaak niet welkom en kan betuttelend overkomen. Mensen die blind of slechtziend zijn leiden een rijk, gevarieerd leven en hebben geen medelijden nodig met hun aandoening. Als je zegt dat je medelijden met ze hebt, betekent dit dat hun leven minder of uitdagender is dan het is. Blinde mensen hebben zich aangepast aan hun omstandigheden en beschouwen hun leven vaak niet als iets om medelijden mee te hebben. Erken dat blindheid leidt tot een andere levensstijl, en niet tot een verminderde levensstijl. In plaats van medeleven te betuigen, kunt u met hen omgaan zoals u met ieder ander zou doen, waarbij u zich concentreert op hun capaciteiten en ervaringen.
3. "Het is daar"
Iemand die blind of slechtziend is vertellen dat er iets 'daarginds' is, is nutteloos en vaag. Ze kunnen niet zien waar je naartoe wijst, en 'daarginds' kan overal om hen heen betekenen. Geef in plaats daarvan duidelijke, specifieke aanwijzingen. Zeg bijvoorbeeld: "Het bevindt zich recht voor u" of "Het is ongeveer twee meter aan uw linkerkant." Deze aanpak helpt hen het item of de bestemming zelfstandig te lokaliseren zonder te hoeven raden of om extra hulp te vragen. Door nauwkeurig te zijn in uw aanwijzingen bevordert u de onafhankelijkheid en respecteert u hun behoefte aan duidelijke informatie.
4. "Hoe leef je?"
Als je aan een blinde of slechtziende persoon vraagt hoe hij of zij leeft, kun je erop wijzen dat zijn of haar leven op de een of andere manier minder levensvatbaar of moeilijker is dan dat van een ziende persoon. In werkelijkheid hebben ze zich aangepast en leven ze net als ieder ander, vaak met enkele aanpassingen. Als je nieuwsgierig bent naar hoe ze omgaan met dagelijkse taken of welke aanpassingen ze nuttig vinden, vraag het dan respectvol. Je zou bijvoorbeeld kunnen zeggen: 'Welke aanpassingen hebben een positieve invloed op je leven gehad?' Op deze manier toon je oprechte interesse zonder te impliceren dat hun leven abnormaal of te uitdagend is.
5. "Heb je hulp nodig?"
Hulp bieden is een vriendelijk gebaar, maar hoe je het doet, doet er toe. Blinde of slechtziende personen navigeren vaak vaardig en onafhankelijk door hun wereld. Als je ziet dat iemand echt met een taak worstelt, is het bieden van hulp attent. Stel deze vraag echter niet meteen. Veel blinde mensen kunnen taken zelfstandig uitvoeren en hebben uw hulp misschien niet nodig. Aannames kunnen frustrerend en kleinerend zijn. Observeer in plaats daarvan eerst de situatie en bied dan hulp aan als dat nodig lijkt, net zoals u dat bij ziende personen zou doen. Vergeet niet dat autonomie voor iedereen belangrijk is, ongeacht hun visiestatus.
6. "Raad eens wie?"
Iemand die blind of slechtziend is vragen om te raden wie je bent op basis van je stem is respectloos en potentieel stressvol. Niet iedereen met gezichtsverlies heeft een verbeterd gehoor, en zelfs als dat wel het geval is, kan het herkennen van stemmen nog steeds een uitdaging zijn. Deze vraag zet hen onnodig ter plaatse. In plaats daarvan kun je jezelf gewoon voorstellen als je een kamer binnenkomt of een gesprek begint. Deze hoffelijke benadering elimineert alle ongemakken en toont respect voor hun situatie.
7. "Je ziet er niet blind uit"
Er is geen specifieke manier waarop een blinde of slechtziende persoon eruit zou moeten zien. Iedereen is uniek op zijn eigen manier en handicaps zijn niet altijd zichtbaar. Als je zegt: 'Je ziet er niet blind uit', impliceert dit dat blindheid een bepaalde uitstraling heeft en suggereert dat het niet voldoen aan dit stereotype op de een of andere manier een compliment is. Deze verklaring ontkracht hun ervaringen en versterkt schadelijke stereotypen. Een handicap is vaak onzichtbaar, en dergelijke opmerkingen kunnen de realiteit van de persoon afwijzen. Onthoud altijd dat de ervaring van ieder individu met blindheid persoonlijk en gevarieerd is.
8. "Je kunt het niet zien, je hoeft niet ... (Doe je haar, kleed je aan, draag make-up)"
Iedereen heeft het recht om te doen waar hij/zij blij van wordt en zich goed over zichzelf voelt. Iemand vertellen wat hij wel of niet moet doen op basis van zijn handicap is niet alleen ongepast, maar ook respectloos. Blinden of slechtzienden zijn net als ieder ander trots op hun uiterlijk. Ze verkleden zich, doen hun haar en dragen make-up omdat ze zich daardoor beter voelen. Ook ziende mensen zien zichzelf niet elke minuut van de dag, toch zorgen we nog steeds voor ons uiterlijk. Hetzelfde geldt voor mensen met gezichtsverlies: hun verlangen om er goed uit te zien en zich goed te voelen is evenzeer geldig.
9. "Doe je ooit ... per ongeluk? (Eet iets verkeerds, loop tegen dingen aan)"
Nieuwsgierigheid naar hoe blinde of slechtziende mensen hun dagelijkse taken uitvoeren is normaal, maar vragen of ze vaak fouten maken kan neerbuigend zijn. Deze vraag veronderstelt dat zij niet in staat zijn bepaalde taken uit te voeren en ondermijnt hun onafhankelijkheid. Hoewel iedereen wel eens een ongelukje heeft, kan het focussen hierop ervoor zorgen dat de persoon zich ongemakkelijk of onzeker voelt. Mensen die blind of slechtziend zijn, passen zich vaak opmerkelijk goed aan hun omgeving aan en leiden een zelfstandig leven. In plaats van potentiële problemen onder de aandacht te brengen, kun je gesprekken voeren waarin hun capaciteiten en prestaties worden gerespecteerd.
Dus 9 dingen die je niet moet zeggen tegen mensen die blind of slechtziend zijn. We hopen dat je door het lezen van deze blog wat meer inzicht hebt gekregen in zinsneden en vragen die misschien verkeerd overkomen. Laat dit u er niet van weerhouden vragen te stellen, interesse te tonen en meer te leren over de handicaps van mensen. Rekening houden met iemands gevoelens en respectvol blijven is essentieel. Door met oprechte nieuwsgierigheid en empathie aan de slag te gaan, kan begrip worden opgebouwd en kan een meer inclusieve omgeving voor iedereen worden bevorderd.